09-08-2020: De preek van de negentiende zondag door het jaar 2020
De storm op het meer. Jezus kwam Zijn leerlingen te hulp en de leerlingen dachten een spook te zien. Typisch. Het werk van de Heer wordt niet altijd als zodanig herkend. Men zoekt dikwijls naar andere oorzaken. Maar nadat de leerlingen Jezus herkend hadden, vielen ze voor Hem neer in aanbidding. Tegenwoordig zien vele mensen deze Bijbeltekst – Jezus die over het water wandelt – als symbolisch. Ik geloof dat er wel degelijk een wonder heeft plaatsgevonden. Trouwens, in de meeste Bijbelteksten zit er een letterlijke betekenis en een diepere betekenis. De diepere betekenis is de volgende: Twaalf leerlingen in een boot: twaalf als voorafspiegeling van de hele Kerk, gefundeerd op de Twaalf Apostelen; in een boot: de Kerk wordt vergeleken met een schip dat vaart op de golven van de zee, de golven van de tijd, soms rustig, meestal woelig, soms ook heel stormachtig. In de wat oudere kerkgebouwen is er sprake van een ‘middenschip’; vooraan in de kerk is het priesterkoor in de vorm van een ronding, de boeg van het schip. Het schip van de Kerk met een herder als stuurman (dat ben ik) voorop, vaart op de woelige zee op weg naar de overkant, de overkant van het leven in de Hemel, naar de Heer van alle leven.
In deze Bijbelpassage, de storm op het meer, kunnen we ook ons eigen levensbootje zien. Ons levensbootje dobbert op de zee van het leven, soms rustig voortgedreven door een zacht briesje, ook wel eens woelig, soms hebben we te maken met een stevige stormwind. Het leven is een mengsel van voor- en tegenspoed, van een lach en een traan, van vreugde en ook wel eens verdriet. Er zijn doopsels, huwelijken, feesten, maar ook wel eens begrafenissen. Ouders leven mee met de goede studieresultaten van hun kinderen en kleinkinderen, en zijn getuigen en een steun als het minder goed gaat. Vrienden en vriendinnen kunnen ons blij maken en soms ontgoochelen. Vandaag zijn we gezond, morgen minder. Soms kunnen de golven zo hoog rijzen, dat ze ons levensbootje binnenstromen en dreigen te overspoelen. Als je niet oppast zak je weg in de diepte. Als het goed is – ja echt, als het goed is – hebben we er allemaal mee te maken. Het zijn levenslessen die ons rijker maken, meer mens, met aandacht voor de ander. Als Katholiek heb je soms het gevoel dat je zit in een rammelend bootje, de Kerk, overgeleverd aan vijandigheid en onverschilligheid van wereldse mensen. Medereizigers zijn niet volmaakt, passagiers en de stuurman. Soms vraag je je af: zit ik in de juiste boot? Zal ik niet met man en muis vergaan? Storm op het meer. We voelen ons soms zoals de leerlingen in het Evangelie. Alleen in de donkere nacht, midden op een stormachtig en onbetrouwbaar meer, hulpeloos overgeleverd aan de elementen. Wat zijn we hulpeloos als Jezus er niet bij is. Hoe moeilijk en gevaarlijk is het als je zonder Hem door het leven vaart. De overkant blijft dan buiten beeld. Toch is Jezus ieder mens nabij, maar de meesten herkennen Hem niet in hun leven. Ze zien vanalles, denken dat ze goed bezig zijn, maar varen recht in een storm; soms zijn er échte beren, spoken op de weg en daar kun je behoorlijk bang van worden. Petrus en de anderen begonnen van angst te schreeuwen. Hoe moeilijk en gevaarlijk is de tocht naar de overkant zonder de Heer Jezus Christus. Ja, wij zitten hier in de Kerk, in dit Schip, we zijn op tocht naar de overkant van het leven, het eeuwig leven. De Heer zegt hier tot ieder van ons: “Wees gerust, Ik ben het (Ik ben bij je). Vreest niet (wees niet bang)”. De nacht blijft niet donker, de ochtend breekt aan, met het licht kwam Jezus naar Zijn leerlingen.
Dit Evangelie is geschreven toen Jezus al jaren ten Hemel was opgevaren en de jonge Kerk het niet gemakkelijk had. De storm op het meer maakt duidelijk dat als alles tegenzit, zelfs als je denkt dat de Heer Zich teruggetrokken heeft, Hij toch niet ver weg is. Je bent gedoopt, je bent Gevormd, je bidt tot de Heer… de Heer is in je. Je kunt de Heer horen in de stilte van je hart. Het is zoals in de eerste lezing bij Elia: als bergen splijten en rotsen verbrijzelen, als er aardbevingen zijn en alles wankelt, als een vuur alles om je heen verteert… je moet niet bang zijn. De Heer is in je als het suizen van een zachte bries. Jezus Christus komt ook in jouw concrete levenssituatie te hulp, wandelend over het water, niet spectaculair, maar Hij komt op het juiste moment jouw, Zijn mensen en de Kerk te hulp. Wanneer weten we niet, maar komen zal Hij en ondertussen geeft Hij je de kracht en de inspiratie om door te gaan. Vanuit deze kerk, vanuit ons bootje, roepen wij zoals Petrus tot de Heer met woorden vol vertrouwen: “Heer, red mij!” En de Heer steekt Zijn hand naar ieder van ons uit en zegt: “Kom, twijfel toch niet. Ik ben er. Ik ben altijd bij je. Ik laat je nooit alleen! Vertrouw op Mij, ieder moment, elke seconde van jouw leven!” Grijp Zijn hand en laat niet los!
Amen.