• darkblurbg

17-03-2019: De preek van de tweede zondag van de Veertigdagentijd 2019
Vandaag gaat het over de gedaanteverandering van Jezus, boven op de berg Tabor. Petrus, Johannes en Jacobus waren stevig onder de indruk van Jezus’ lichtende gedaante op die hoge berg. Eerlijk gezegd: ik zou ook onder de indruk zijn. De stralende Jezus, dat moet iets schitterends geweest zijn. Maar… eigenlijk is op die berg niets bijzonders gebeurd. Jezus, de Zoon van God, is vol van genade en straalt van Gods heerlijkheid. Dat de heerlijkheid dóór zijn lichaam heen straalt zou normaal moeten zijn. Stralend als God, zo had Jezus er iedere dag moeten uitzien! Dus, de gedaanteverandering is eigenlijk de enige gewone dag in het leven van Jezus. Zijn niet-stralende-gedaante op de andere dagen van zijn leven, dat is ongewoon.

Vol van zijn Vaders genade is Hij in de wereld gekomen, maar op het eerste zicht heeft Hij er weinig mee gedaan. Hij heeft Zijn heerlijkheid verborgen voor bijna alle mensen. Ja, Jezus trok rond, verkondigde de Blijde Boodschap, deed hier en daar een wondertje, maar zijn wondertournee is kleinschalig en van korte duur, slechts drie jaar heeft het geduurd. We kunnen zeggen: wat een verspilling! Als Zoon van God had Hij toch veel meer kunnen doen! Hij had de wereldproblemen kunnen aanpakken: geen honger meer, geen onrecht meer, geen machtswellustelingen meer; liefde, vrede overal. Maar, eerlijk gezegd: Zijn leven lijkt een beetje op het onze. Wij komen in de wereld met zoveel gaven en talenten, maar zoveel wordt niet of verkeerd gebruikt. Kijk maar naar het journaal, of in de spiegel. Als we ouder en wijzer worden willen we de gemiste kansen van onze jeugd goed maken, de schade beperken en als het kan herstellen. De wereld zou een aardsparadijs kunnen zijn als we allemaal onze uiterste best zouden doen. Wij verspillen onze gaven en talenten. Vaak blijven ze in de knop, verborgen. Jezus verborg Zijn Goddelijke heerlijkheid. Waarom? Ik vermoed om een beetje solidair met ons te zijn, om ons niet te ontmoedigen. Wij kunnen altijd opnieuw beginnen en de goede kant op gaan. Kwestie van de goede keuze te maken.

Trouwens, Jezus verbergt zich ook in de Mis. We zien Zijn heerlijkheid niet. Als straks op het altaar de consecratie wordt uitgesproken, dan mogen we geloven dat Jezus aanwezig is in de gedaante van Brood en Wijn. Jezus, niet boven op de berg Tabor, maar op het altaar. Wanneer ik de Heilige Hostie omhoog til, vraag ik af en toe wel eens aan de Heer: “Zoudt Ge U nu eens kunnen laten zien zoals Gij zijt, lichtend, aanwezig in volle glorie”. Zoals Petrus, Johannes en Jacobus zouden wij dan ook onder de indruk zijn. De kerken zouden weer vol stromen. Maar het gebeurt niet. Waarom? God laat ons vrij om te geloven… of niet. Hij dwingt niemand. Trouwens, de Heer Jezus is Koning van de binnenkant, Koning van het hart. Het is de kunst om te kijken met het hart. In zijn boekje ‘De kleine Prins’ uit 1942 laat oorlogsvlieger en schrijver Antoine de Saint-Exupéry zijn hoofdpersoon zeggen: “Mensen kijken pas echt met hun hart.” Sommigen denken dat geloof te maken heeft met aardig zijn, goed zijn voor medemensen, solidair zijn. Natuurlijk gaat het daar ook om, maar geloven is vooral ‘kijken’, kijken naar Jezus Christus, Hem beminnen en pas daarna volgen in woorden en daden. Christelijk geloof is eerst een ‘zienswijze’, pas daarna een ‘zijnswijze’. Laten wij in elk geval kijken met het hart, dan zien we Jezus Christus in de Heilige Communie, maar ook in medemensen. De Heer leeft in ieder mens.

Om dat te zien, om ons hart te zuiveren, hebben wij deze Veertigdaagse Vastentijd. Een uitnodiging: doe mee met de vieringen op zondag; als het mogelijk is ook af en toe door de week, maak het mee in je hart: de lezingen, de vieringen, de Heilige Communie. Schep wat tijd voor bezinning en stilte. Doe mee met goed werk, vrijwilligerswerk, steun missiedoelen, bezoek een eenzame, breek de sleur van alledag en doe eens raar. Ga naar de Kerk, ga met Jezus Christus op reis, dan zal Hij stralen in jouw hart. Je zult Zijn aanwezigheid voelen en dan veranderen wij van gedaante. We zullen meer gelijken op Jezus Christus in onze woorden en daden, in ons doen en laten. Als we deze veertigdaagse vastentijd goed beleven zal straks de Verrijzenis – de opstanding van de Heer –plaatsvinden in jouw hart. Dan ontvangen we vrede, vreugde, liefde en nog zoveel meer. Dan mogen we eens thuiskomen in het Beloofde Land. Het Beloofde Land was een cadeau van God aan zijn volk. Om dat te kunnen ontvangen hadden ze veertig jaar van beproevingen nodig. Wij hebben nu veertig dagen tijd en we zijn al twee weken vertrokken. Maak er iets moois van.

Amen.