02-12-2018: De preek van de eerste zondag van de Advent 2018
Jezus spreekt vandaag over het einde der tijden, als heel de schepping voltooid wordt en Jezus in heerlijkheid opnieuw verschijnt. Wanneer zal Jezus Christus wederkomen? Er zijn altijd mensen geweest die uitrekenen wanneer Hij komt en het einde van de wereld voorspellen. Zoals we weten waren die bekeringen fout, anders waren we nu niet meer hier. Als we luisteren naar het Evangelie is de onberekenbaarheid het enigste dat we zeker weten over het tijdstip. De Heer zal komen als een dief in de nacht (1Tes.5,2), op het uur waarop gij het niet verwacht (Lc.12,40), wanneer die dag of dat uur aanbreekt weet niemand, de Engelen in de Hemel niet, de Zoon niet, maar alleen de Vader (Mc.13,22). Jezus zegt wel: “Weest altijd waakzaam”. Maar de onberekenbaarheid heeft in de loop van de eeuwen de waakzaamheid doen verflauwen. De meeste Christenen zijn met de wederkomst van Jezus Christus niet bezig. Toch vinden we in de Heilige Mis aanwijzingen voor Jezus’ wederkomst: in de Geloofsbelijdenis: “Vandaar zal Hij komen oordelen de levenden en de doden; na de consecratie: “Heer Jezus, wij verkondigen Uw dood en wij belijden tot gij wederkeert, dat Gij verrezen zijt”; in het Eucharistisch Gebed (bijvoorbeeld vandaag): “zo staan wij vol verwachting open voor Zijn wederkomst” (III); na het Onze Vader wanneer we bidden: “Hoopvol wachtend op de komst van Jezus, Messias, uw Zoon”. Ondanks deze vermeldingen is het in de meeste kerken oorverdovend stil rond de wederkomst van Christus.
Waarmee kun je de wederkomst van de Heer vergelijken? Het is te vergelijken met de eigen dood. De wederkomst is even zeker dan de eigen dood. Een mens weet dat hij waarschijnlijk vóór het honderdste levensjaar sterft. De wederkomst van Christus kan morgen of over 500 jaar plaatsvinden, wanneer de tijd en alle klokken met tikken stoppen. Bij mijn dood gebeurt hetzelfde: de klokken stoppen, de tijd stopt… voor mij. Anderen die blijven voortleven weten in welk jaar en welke dag en uur en minuut het was. Zoiets kunnen we bij Jezus’ wederkomst niet doen. Er zijn geen overlevenden. De wederkomst van Christus kan nooit ‘verleden tijd’ worden. Christenen zijn anders dan de mensen die niet geloven en niets van de wederkomst van Christus afweten en dus ook niet verwachten. Paulus schrijft: “Gij, broeders en zusters leeft niet in de duisternis, zodat de dag u als een dief zou verrassen. Gij zijt allen kinderen van het licht, kinderen van de dag. Wij behoren niet aan nacht en duisternis” (1Tes.5,4-5). Jezus’ wederkomst zal voor niet-christenen een totale verrassing zijn, voor de Christenen een lang gekoesterde vervulling van hun verwachting. Wij mogen ‘waakzaam’ uitzien naar de wederkomst van de Heer. Waakzaam door ons geloof en ons gebed.
De gedachte aan Gods oordeel was in de geschiedenis lang verbonden met dreiging en schrik. De hel lag op de loer. Je kon er in vallen. Maar de Christenen van de eerste eeuwen zagen het Goddelijk oordeel als onderdeel van de Blijde Boodschap. Dat wat krom is in deze wereld en ook wel in ons eigen leven, wordt door Jezus recht gemaakt. Er is een alomvattende gerechtigheid waar niemand zich aan kan onttrekken. God doorkruist het onrecht en herstelt de gerechtigheid voor armen en onderdrukten. Dit wordt duidelijk in Psalm 146: “Gelukkig wie hulp zoekt bij Jakobs God, zijn hoop stelt op God de Heer (…) verdrukten verschaft Hij recht (…) gebrokenen richt Hij weer op (…) De Heer geeft wees en weduwe steun, maar zondaars laat Hij verdwalen” (5-9). De Heer zal oordelen, maar het is belangrijk te weten dat we eigenlijk onszelf oordelen; zo zegt Jezus: “Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt. Met het oordeel dat gij velt, zult gij geoordeeld worden (…) de maat die gij gebruikt, zal men ook voor u gebruiken” (Mt.7,1vv). Trouwens, de maat van het oordeel is Jezus Christus: “Het woord dat Ik gesproken heb, zal hem oordelen op de laatste dag” (Joh.12,48). Hoewel de kans bestaat dat een mens zich voor Gods eeuwige liefde voor altijd afsluit, kunnen degenen die met Hem door doopsel en daden van geloof en liefde verbonden zijn, met vertrouwen het oordeel tegemoet zien. De Heer wil toch het geluk voor de mensen. Het doel van God is de redding van de mensen en – zoals we geloven – Jezus zit aan de rechterhand van God en spreekt voor ons ten beste. Het Laatste Oordeel, de wederkomst van Christus… het ligt in de toekomst. Hoe het gebeurt en wanneer het gebeurt weten we niet. Wat we wel weten is dat Jezus komt met Kerstmis, in deze Adventsperiode kunnen wij ons daarop voorbereiden. Jezus komt ook als we bidden. Hij komt ook als we de Mis vieren. Hij komt tot ons onder de gedaanten van Brood en Wijn. Laten wij ons hart openen en ons waakzaam voorbereiden op voor Zijn komst.
Amen.