• darkblurbg

14-05-2017: De preek van de vijfde zondag van Pasen 2017
Vrijdag de 13de, een ongeluksdag. Het is onduidelijk waar dit vandaan komt. Een dikke eeuw geleden begint het idee dat vrijdag de 13de een ongeluksdag is. En zoals in zovele zaken van bijgeloof, het gaat snel de wereld rond. Waar het geloof in de Drie-ene God verdwijnt, begint bijgeloof. Later zal men zeggen dat het samenhangt met de dag (vrijdag) dat Jezus stierf en dat men bij het Laatste Avondmaal met dertien aan tafel was; Judas, de verrader, was de 13de. Het is invulling achteraf van gelovige Christenen. Maar als je het goed bekijkt: Jezus trok jarenlang met zijn dertienen door het Heilig Land, Hijzelf en de Twaalf apostelen, om de Blijde Boodschap te verkondigen; en waarom is ‘Goede’ Vrijdag een ongeluksdag? De Heer Jezus heeft Zijn leven gegeven uit liefde voor mij, voor ieder van ons. Het is toch echt een ‘Goede’ Vrijdag. Kort samengevat: vrijdag de 13de zit echt in het domein van het bijgeloof en heeft niets met ons mooie Christelijk geloof te maken. Voor Christenen is het een getal net zoals alle anderen.

Alhoewel… een eeuw geleden verschijnt het getal in een heel andere setting. Als Maria uit de Hemel komt, in Fatima Portugal, verschijnt ze aan drie herderskinderen op zondag 13 mei 1917. Elke 13de van de volgende maanden, tot en met 13 oktober, verschijnt Maria aan die kinderen. Behalve op 13 augustus. De drie kinderen Lucia, Francisco en Jacinta (negen, acht en zes jaar oud) zaten toen in de gevangenis en werden ondervraagd, onder druk gezet door de politie. In die maand verscheen Maria op 19 augustus aan de kinderen. De laatste keer dat Maria uit de Hemel kwam (op 13 oktober 1917) zagen de kinderen ook Jozef en het Kind Jezus (de Heilige Familie), meteen gevolgd door het zonnewonder; 70.000 mensen zagen de zon dansen aan de hemel. “Het was als een repetitie (…) van een tafereel aan het einde der tijden” zei Paus Paulus VI in 1965. De verschijningen begonnen in de Mariamaand en eindigden in de Rozenkransmaand oktober. Maar waarom elke keer weer op de dertiende? Toen men dit aan Lucia vroeg, een van de kinderen, zei ze: “dertien is één en drie en verwijst naar de Drie-ene God.” Voor Christenen is het getal dertien eerder een geluksgetal, het verwijst naar de Heilige Drie-eenheid. Vandaag zegt Jezus, de tweede Persoon van de Drie-eenheid: “Laat uw hart niet verontrust worden. Gij gelooft in God, gelooft ook in Mij (…) Ik ga heen om een plaats voor u te bereiden.” Filippus verlangt van Jezus duidelijke taal: “Heer, toon ons de Vader; dat is ons genoeg.’ En Jezus weer: ‘Ik ben al zolang bij u en gij kent Mij nog niet, Filippus? Wie Mij ziet, ziet de Vader (…) Gelooft ge niet dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is?” Beste mensen, Die vraag stelt Jezus ook aan ons: “Gelooft ge dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is?” Maria, de Moeder van Jezus, de Moeder van God, heeft ons in Fatima op een subtiele manier duidelijk gemaakt dat God Drie-één is: Vader, Zoon en Heilige Geest. Door op een 13de te verschijnen heeft Maria ook het ongeloof de kop willen indrukken.

Maria heeft in Fatima als een profetes ook van alles gezegd, en honderd jaar na Fatima is dat nog steeds actueel. De verschijningen van Maria markeren het begin van de 20ste eeuw, net zoals de Oktoberrevolutie in het Rusland van 1917. De 20ste eeuw wordt de meest bloedigste eeuw uit de geschiedenis; onze 21ste eeuw is bezig om dat bloedig record te verbreken. Als de mens zich niet bekeert, niet bidt, niet verandert van levenswijze en de Heer niet volgt en bemint, volgt het verval. We zien het gebeuren: het klimaat verandert, onrust in het Midden-Oosten, mensen die hun Christelijk geloof vaarwel zeggen, crisis in de Kerk. Men denkt zonder Jezus Christus vrede en welvaart te bekomen. Begin 20ste eeuw zond de Drie-ene God Zijn en onze Moeder Maria naar onze wereld om het ongeloof de kop in te drukken en het geloof in Haar Zoon Jezus Christus te versterken. In Fatima zei Maria ook: “Bidt elke dag de Rozenkrans om voor de mensen de vrede in de wereld en het einde van de oorlog te verkrijgen” (13 mei 1917). De boodschap van Maria in Fatima laat zien hoe ernstig de toestand van de wereld en van de mensen is. God geeft ons tij dom ons te bekeren. Maria wil ons ook bemoedigen; zo zei ze: “Tenslotte zal mijn Onbevlekt Hart zegevieren” (13 juli 1917).

We kunnen zeggen dat vanaf 1917 de 13de van elke maand ons herinnert aan de Drie-ene God, en aan Fatima waar Maria ons oproept de Rozenkrans te bidden. Wellicht is voor sommigen de Rozenkrans te lang, maar bidt dan toch maar enkele Weesgegroeten tot Maria. We leggen dan ons leven in Haar handen. En wat doet Maria? Zachtjes, stap voor stap, maakt ze ons tot een spiegelbeeld van Jezus. We worden vuriger, ijveriger, de liefde voor God en mensen zal groeien; we worden blijmoedige, vrije en mensen. We zullen ernaar verlangen om Jezus te ontmoeten in de Heilige Communie. Vandaag horen we Jezus in deze Mis, in het Evangelie zeggen: “Ik ga heen om een plaats voor u te bereiden (…) opdat ook gij zult zijn waar Ik ben”. Een Hemelse toekomst ligt vóór ons. Grijp die toekomst.

Amen.