25-03-2016: De preek van Goede Vrijdag 2016
Met de aanslagen in Brussel in het achterhoofd hebben we naar het lijdensverhaal geluisterd. Zovele doden en gekwetste mensen in Brussel. Het lijden raakt mensen diep. Zoals bij Jezus. De Heer is de Zoon van God die met hen, met ons, meelijdt. Maar uiteindelijk heeft de Heer het laatste woord. Jezus Christus verdeelt. Bij Zijn geboorte werd de geschiedenis in twee gedeeld: vóór Christus en ná Christus. Wij leven in het jaar 2016 ná Christus. De kalender maakt duidelijk dat Jezus de verdeler is van de tijd. Als iemand een datum opschrijft, bevestigt hij of zij, bewust of onbewust, dat Jezus de Verdeler is van de wereldgeschiedenis. Het jaar 2016, of welk jaartal ook, verwijst naar de komst van Jezus in onze wereld. God werd 2016 jaar geleden mens. We lezen in de Bijbel iets over Zijn geboorte, maar bijna niets over Zijn jeugd of tienerjaren of jaren als jongeman. Jezus leefde met Zijn Moeder Maria en Zijn pleegvader Jozef. Alleen de drie jaren dat Jezus de Blijde Boodschap verkondigde, staan in de Bijbel uitvoerig beschreven. Tot Hij op 33-jarige leeftijd als een misdadiger aan het Kruis gespijkerd werd. Veroordeeld tot de dood. Maar als wij een datum opschrijven, getuigen we dat Jezus een geweldig spoor naliet. Onze voorouders wilden niet van Hem los. Op iedere brief, ambtelijke verklaring, mail of krant staat hoelang het geleden is dat de Zoon van God geboren is. Als je een beetje oplet, kun je elke dag tientallen keren zien dat Christus, hoewel velen Hem bewust of eerder onbewust verwerpen, Degene is die de tijd in twee heeft gedeeld.
De geboorte van Jezus verdeelt de tijd (voor en na Christus), maar ook Zijn dood verdeelt de mensheid in twee. Toen Jezus aan het Kruis op de berg Golgotha hing, hingen naast Hem twee andere mannen. De een aan Zijn rechterkant, de ander aan Zijn linkerkant. We noemen ze ‘de goede moordenaar en de slechte moordenaar’. De meeste mensen zien twee misdadigers, maar eigenlijk laten ze zien welke keuze men in het leven kan maken. De mensheid wordt in twee gedeeld. Ieder van ons kan zich in één van de mannen herkennen. Neen, u heeft waarschijnlijk niemand vermoord, maar onze zonden hebben Jezus wel mee aan het Kruis gebracht. De Heer is voor ons, door onze zonden, gestorven. Sinds die twee daar naast Jezus hingen, zijn er bijna 2000 jaar voorbijgegaan. De een is nu bij Jezus Christus in de Hemel, van de ander – hoewel we het niet zeker weten – kunnen we vermoeden dat hij niet in de Hemel is, in die plaats waar men eeuwig gescheiden is van Gods liefde. Van het ene uiterste naar het andere. En toch waren het allebei moordenaars; in hun zonde waren ze precies gelijk. Allebei waren ze even schuldig en ter dood veroordeeld. Ze moesten sterven. Eigenlijk, net zoals wij. Eens komt voor ons ook het einde. Het enigste verschil tussen die twee moordenaars was, dat ze anders naar Jezus keken. Ze waren beiden even schuldig, maar de een had spijt over zijn zonden; hij had een oprecht berouw over wat hij misdaan had, én hij keerde zich naar Jezus. De goede moordenaar – zo wordt hij genoemd – keek door een andere bril naar Jezus, door de bril van het geloof. Hij zag en geloofde in Jezus, en hij zei: “Heer, denk aan mij als Gij in het Paradijs komt.” Jezus beloofde hem het Paradijs: “Heden zult gij met Mij zijn in het Paradijs.” De andere moordenaar verwierp Jezus.
Deze twee mannen naast Jezus, Jezus in het midden, symboliseren de hele mensheid, alle mensen van alle tijden. Daar hoort ieder van ons bij. En hoe lief, aardig en sympathiek u ook bent, we zijn allemaal zondaars tegenover God en de mensen. We zijn allemaal wel eens tekort, we zijn allemaal schuldig. Maar de Heer wil en kan ons redden. Of je bent gered, of je bent verloren, een andere bestemming is er niet. En dat wordt beslist door onze daden, door ons geloof, en door onze houding tegenover Jezus Christus, de Zoon van God. We hoeven niet bang te zijn, Hij belooft: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: wie luistert naar mijn woord en gelooft in Hem die Mij zond, heeft eeuwig leven en is aan geen oordeel onderworpen; men is immers reeds uit de dood naar het leven overgegaan” (Joh.5,24). God zij dank!
Amen.