• darkblurbg

03-03-2013: De preek van de derde zondag van de veertigdagentijd 2013
Broeders en zusters, We hebben op dit moment geen Paus. De vraag is: hebben wij een Paus nodig? Waarschijnlijk gaat het leven gewoon verder zonder Paus. Hierbuiten deze muren zijn er velen die denken dat we beter af zijn zonder. Toch ben ik er zeker van dat je met een Paus een rijkdom krijgt die anders niet hebt. Ik probeer het te verduidelijken. 

We mogen geloven dat Jezus door Zijn verkondiging van de Blijde Boodschap met de Kerk een begin gemaakt heeft. We vinden drie gebeurtenissen in de Evangelies waaruit blijkt dat Jezus de Kerk gesticht heeft. Ten eerste: de roeping van de Twaalf die de naam ‘Apostel’ kregen, d.w.z. ‘gezant van Christus’. Ten tweede: de instelling van de Eucharistie, wanneer Jezus brood en wijn neemt en zegt: “Dit is Mijn Lichaam, Mijn Bloed (…) Blijft dit doen”. Ten derde: Simon krijgt de naam Petrus, dat betekent Rots waarop Jezus zijn Kerk sticht (vgl. Mt.16,16). Drie fundamentele daden van Jezus. Dus, onder de Twaalf Apostelen was er één, Simon Petrus, die een bijzondere taak kreeg. Het is opvallend dat in de Evangeliën meer details worden verteld over Petrus en vooral over zijn geloofsweg met Jezus dan over de andere apostelen. Blijkbaar zagen de schrijvers van de Evangelies Petrus als de belangrijkste onder de Apostelen (vgl.Mc.16,7). Hij wordt ook steeds als eerste genoemd. Belangrijk is de tekst: “Jij bent Petrus; op deze steenrots zal Ik mijn Kerk bouwen, en de poorten van de hel zullen haar er niet onder krijgen. Ik zal je de sleutels geven van het Koninkrijk der Hemelen; wat je op aarde bindt zal ook in de Hemel gebonden zijn, wat je op aarde ontbindt zal ook in de Hemel ontbonden zijn” (Mt.16,18-19). Later zal Jezus tot drie keer tegen Petrus zeggen: “Heb je me lief? (…) Zorg dan voor mijn kudde” (Joh.21,15). Zo drukt de Heer duidelijk uit dat Petrus leiding moest geven aan de Kerk. De enige voorwaarde die Jezus stelt is dat Petrus meer dan wie ook van Jezus moet houden. Liefde is de basis. Als Rots, fundament, moest Petrus de Kerkgemeenschap bij elkaar houden en om dit te kunnen doen, ontving Petrus van Jezus zijn autoriteit als leider: “de sleutels van het Koninkrijk der Hemelen”. De leider Petrus stierf rond 64 na Christus de marteldood in Rome. Vandaar dat de bisschop van Rome de opvolger van Petrus is, degene die de Kerk leidt. In het jaar 107 zei de Heilige Ignatius van Antiochië dat Rome de eerste plaats innam onder de lokale kerken. Trouwens, de naam ‘Rooms Katholiek’ herinnert aan de band met Rome. Vroege geschriften, waaronder de Heilige Ireneus, bevestigen dat Rome een lijn van opvolgers van Petrus had en dat het belangrijk is voor elke lokale kerk om verbonden te blijven met de Kerk van Rome. Nu is het zo dat elke halve zool, een gek met een petje, iets anders kan roepen: “Ik vind dat…”. Dat is in het verleden gebeurd en gebeurt nog steeds, ook in Nederland. Vanaf het begin werd er telkens naar Rome gekeken als men een conflict had over de juiste interpretatie van Bijbel en geloof. Trouwens, wie heeft in de 4de eeuw de geschriften van het Nieuwe Testament samengesteld? Dat was de Kerk onder leiding van de bisschop van Rome. Kortom, zoals Petrus de eerste van de Apostelen was, zo is de Paus, als bisschop van Rome, ook de eerste onder de bisschoppen; zoals de vorige Paus Benedictus XVI zei: “De dienaar van de dienaren”. De titel ‘Paus’ is van latere datum, maar we kunnen rustig geloven dat dit ambt teruggaat op de uitverkiezing van Petrus door Jezus zelf. Tussen haakjes: Jezus is de Zoon van God. En ja, er zijn onwaardige pausen geweest. Rampfiguren. Dat de Kerk na 2000 jaar nog bestaat laat op zich al zien dat het niet alleen een menselijke organisatie is, maar dat de Kerk door God zelf is ingesteld en beschermd wordt.

Wat heeft dit alles met de lezingen van vandaag te maken? Er is sprake van een onvruchtbare vijgenboom. De Kerk in het Westen lijkt af en toe onvruchtbaar – alhoewel het hier in de Heikese Kerk meevalt –. In andere delen van de wereld, ondanks vervolgingen, groeit de Katholieke Kerk. In het Evangelie lezen we dat de eigenaar al drie jaar naar vruchten komt zoeken, maar ze niet vindt. Dan zegt hij: “Hak die boom om. Hij put de grond uit.” De tuinman zegt: “Laat hem dit jaar nog staan, ik zal de grond omspitten, bemesten, misschien draagt hij volgend jaar vruchten.” Beste mensen, Zo gaat het dikwijls in de wereld: als ge niks meer opbrengt, hak maar om, afkappen, aan de kant zetten, we kunnen er niks meer mee doen. Ik spreek hier niet over bomen hé, maar over mensen. De ‘tuinman’ redeneert anders: “de grond is misschien hard, te weinig mest, hak hem niet om.” In de parabel is de eigenaar de mens, de tuinman is God; de mens zegt “omhakken”, de tuinman zegt: “Geef nog een kans”. Als Christen geloven we dat Onze Lieve Heer geen mensen omhakt; Hij geeft telkens nieuwe kansen om vruchten te dragen. De Heer geeft ons straks ook een nieuwe Paus; als een nieuwe Mozes die het Godsvolk de weg toont, een nieuwe kans om ons te oriënteren. In deze vastentijd willen we ons sowieso oriënteren op het wezenlijke. De Heer hoopt dat we vruchten dragen, dat we mogen hopen en geloven, God en mensen liefhebben. En we mogen vragen: “Heer, geeft ons een schop, een spade, om met onze handen de grond rond mensen om te spitten tot een goede vruchtbare bodem.” Het diepste verlangen van de Heer is dat op een dag alle mensen met Hem zullen leven in de Hemel. Als voorbereiding daarop wil Hij iedereen samenbrengen in de Kerk, door Jezus gesticht, gebouwd op Petrus. Dat neemt niet weg dat in onze tijd de Christenen verdeeld zijn. De oorzaak: mensen zijn vaak onwetend, soms eigenwijs of koppig, of ze keken en kijken naar één aspect van de Blijde Boodschap en vergeten dat Jezus had gebeden om eenheid. De pijnlijke verdeeldheid schaadt het Lichaam van Christus, de Kerk. Kortom, we hebben een Petrus, een Rots, een Paus nodig. Samen gaan we op weg naar de Verrijzenis van Pasen.

Amen.